De blauwe heikikker.
De blauwe heikikker is een hele bijzondere kikker die in onze vennen vertoeft.
Hij lijk erg veel op de gewone bruine kikker maar je kunt hem herkennen aan een wat spitsere snuit en de vaak aanwezige dunne lichte rugstreep, die loopt tot voorbij de ogen. Hij wordt ongeveer 8 cm groot en kan wel 10 jaar oud worden. In de paartijd, van eind februari tot begin april, kun je de mannetjes heel gemakkelijk herkennen. Ze krijgen een staalblauwe kleur en maken een heel zacht ploppend geluid. Hierdoor zijn ze extra aantrekkelijk voor de vrouwtjes.
Deze blauwe kleur is een paar dagen zichtbaar, daarna worden ze weer bruin. Ze zitten soms met grote aantallen in de kleine vennetjes. Aan de rand van dit stilstaand water, dat vaak zuur en voedselarm is, wordt tussen het pijpenstrootje de kikkerdril gelegd. Na enkele dagen komen de kikkerlarven uit en twee tot drie maanden later verlaten ze het water en overwinteren op het land. Buiten het voorplantingsseizoen leven heikikkers meer op het land, liefst in vochtige heidegebieden waar veenvorming is of is geweest, zoals in de Klotterpeel in De Rips.